Lassen is een proces dat metalen materialen aan elkaar verbindt door verhitting, druk of een combinatie van beide. Verschillende lasmethoden zijn geschikt voor verschillende toepassingen en materialen.

MIG vs TIG vs Stick vs Flux Core
Hier is een vergelijking van vier populaire lasmethoden: MIG (Metal Inert Gas), TIG (Tungsten Inert Gas), Stick (Shielded Metal Arc Welding, SMAW) en Flux Core-lassen. De belangrijkste kenmerken, voordelen en typische toepassingen worden uitgelicht:
| Lasmethode | Proces | Het beste voor | Voordelen | Nadelen |
| MIG-lassen 【Metaal inert gas lassen】 | Er wordt gebruikgemaakt van een verbruiksdraadelektrode die via een laspistool wordt aangevoerd, met een inert gasschild om de las te beschermen tegen verontreiniging. | Dunne tot middeldikke materialen (bijv. plaatstaal, zacht staal, roestvrij staal). | Snel en efficiënt voor dunne tot gemiddelde materiaaldikte. Schone lassen met minimale spatvorming. Kan in alle posities gebruikt worden. | Vereist beschermgas (niet ideaal voor gebruik buitenshuis bij winderige omstandigheden). Minder draagbaar dan elektrodelassen. |
| TIG-lassen 【Wolfraam Inert Gas Lassen】 | Gebruikt een niet-verbruikende wolfraamelektrode en een inert gas (meestal argon) om het smeltbad af te schermen. De toevoegstaaf wordt handmatig toegevoegd. | Zeer precieze lassen, dunwandige metalen en exotische materialen (bijvoorbeeld roestvrij staal, titanium, aluminium). | Hoogwaardige, schone lassen met uitstekende controle. Veelzijdig (kan verschillende metalen lassen). Produceert minimale spatten. | Langzamer proces dan MIG- of elektrodenlassen. Vereist een vaste hand en meer vaardigheid. Kan moeilijker te beheersen zijn. |
| Staaflassen 【Afgeschermd metaalbooglassen (SMAW)】 | Er wordt gebruikgemaakt van een verbruikselektrode die is bedekt met vloeimiddel, dat het laspoelbad smelt en beschermt. | Werkzaamheden buiten of op het veld, zware projecten, lassen van vuile of roestige materialen. | Draagbaar en veelzijdig (werkt in alle posities en omgevingen). Ideaal voor dikke materialen. Minder gevoelig voor wind. | Veel spatvorming en minder schone lassen. Vereist frequente wisseling van elektroden. Kan slakvorming veroorzaken die verwijderd moet worden. |
| Gevulde kern lassen 【Gevulde booglassen (FCAW)】 | Vergelijkbaar met MIG-lassen, maar er wordt gebruik gemaakt van een gevulde draad in plaats van een massieve draad, die zelf een beschermgas genereert. | Zware toepassingen, lassen in de buitenlucht en lassen van dikke materialen. | Geschikt voor het lassen van dikke materialen en buitenshuis. Hogere lassnelheden dan elektrodelassen. Geen extern afschermgas nodig (ideaal bij winderige omstandigheden). | Produceert meer spatten dan MIG-lassen. Vereist het opruimen van slak uit de fluxkern. Zwaardere apparatuur en minder nauwkeurig dan TIG. |
Is het lassen van roestvrij staal moeilijk?
Het lassen van roestvrij staal kan een uitdaging zijn, maar het is niet per se moeilijk als de juiste lastechnieken, processen en materiaalkeuzes worden begrepen. De sleutel ligt in het beheersen van de warmte-invoer, het kiezen van de juiste lasmaterialen, het correct ontwerpen van het lasproces en het uitvoeren van de nodige nabehandeling. Het goed beheersen van deze technieken is een belangrijke vaardigheid voor lastechnici.
Roestvrij staal is gevoelig voor warmte-inbreng en overmatige hitte kan leiden tot korrelvergroving en een afname van de materiaaleigenschappen, met name in de warmte-beïnvloede zone (HAZ). Hoge temperaturen kunnen de volgende problemen veroorzaken:
Interkristallijne corrosie: Vooral bij austenitisch roestvast staal kan er door de overmatige warmtetoevoer tijdens het lassen carbide-neerslag in het lasgebied ontstaan, waardoor de corrosiebestendigheid wordt aangetast.
Lassen van scheuren: Martensitische en precipitatiegeharde roestvaste staalsoorten zijn bijzonder gevoelig voor warmscheuren.
Oplossing: Controleer de parameters van het lasproces (zoals de lassnelheid en de warmte-inbreng), gebruik de juiste voor- en naverwarmingsbehandelingen en vermijd overmatige warmte-inbreng.
Belangrijkste verschillen:
MIG versus TIG: MIG is sneller, gemakkelijker en ideaal voor beginners, terwijl TIG superieure controle en precisie biedt, waardoor het ideaal is voor hoogwaardige, schone lassen, met name op dunne materialen of moeilijk te lassen metalen. TIG vereist meer vaardigheid en tijd.
Stok vs. MIG: De staaf is draagbaarder en veelzijdiger, waardoor hij ideaal is voor buitenwerk en zwaar werk, maar laat slak achter en produceert meer spatten. MIG is sneller en schoner, maar vereist een beschermgas, waardoor het gebruik buitenshuis bij winderige omstandigheden beperkt is.
Fluxkern versus MIG: Beide zijn vergelijkbaar, maar lassen met een gevulde draad vereist geen extern beschermgas, waardoor het geschikt is voor buitenwerk of zware omstandigheden. Er is wel sprake van meer spatvorming en reiniging na het lassen is vereist.
Samenvatting
MIG: Ideaal voor beginners; snelle, nette lassen op dunne tot middelgrote metalen.
TIG: Ideaal voor zeer precieze, schone lassen op dunne en exotische metalen.
Stok: Ideaal voor zwaar, buiten- en vuil werk met dikkere metalen.
Fluxkern: Ideaal voor lassen in de buitenlucht, zwaar werk en dikkere materialen, met meer spatvorming en schoonmaakwerk.
Elke lasmethode kent specifieke toepassingen en de keuze hangt af van factoren zoals het type materiaal, de gewenste laskwaliteit, de draagbaarheid en de omgevingsomstandigheden.


